Nieuws

6 oktober 2020

Van de auto op de bus op de fiets moet files doen krimpen

De Standaard | Combineren, combineren, combineren: zo luidt het antwoord van de Vlaamse regering op de verkeersknoop op onze wegen. Maar zien pendelaars dat zitten? 'De kwaliteit moet heel hoog zijn om de weerstanden te overwinnen.'

Ze liggen er nog wat verlaten bij: de veertien hoge, blauw-witte zuilen die sinds een week zijn opgedoken in het Leuvense straatbeeld. Hier en daar werkt het scherm nog niet, waarop pendelaars zullen kunnen zien hoe laat de volgende bus passeert. Of de posters ontbreken nog, waarop ze zullen kunnen lezen hoelang het wandelen of fietsen is naar het dichtstbijzijnde station. Sommigen werpen een blik op dit nieuwe ijkpunt in hun dagelijkse routine, waarop in witte letters Hoppin geschreven staat, om dan hun route te vervolgen.

De komende drie jaar moeten in heel Vlaanderen duizend van die punten verschijnen. Ze duiden een locatie aan waar een waaier aan vervoersmiddelen samenkomt. Ze zullen vaak aan een treinstation of aan een bushalte liggen. Er zullen parkeerplaatsen en laadpalen zijn, deelauto's, deelfietsen - in Leuven zelfs bakfietsen - en soms zijn er ook deelsteps.

Zoals de naam al verraadt, is het opzet dat pendelaars en andere reizigers aan deze punten van het ene vervoersmiddel op het andere 'hoppen' - overstappen, zeg maar. De opvallende zuilen gaan naar de kern van het mobiliteitsbeleid van deze Vlaamse regering.

'We willen mensen stimuleren om meerdere vervoersmodi te combineren', zegt minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open VLD). Om, bijvoorbeeld, met de auto naar de bushalte te rijden, en na de busrit de laatste kilometers op een deel- of plooifiets af te leggen.

Duurzame verplaatsingen

Daar schuilt ook een economische logica achter. Waar vroeger iedereen binnen 750 meter van zijn deur een bushalte moest hebben, zet de Vlaamse regering sinds de vorige legislatuur voluit in op een 'vraaggestuurd' busaanbod. In veel landelijke gebieden worden de komende jaren niet zo vaak gebruikte bushaltes en zelfs hele lijnen opgedoekt. Daarom zijn alternatieven nodig om de overige haltes - die intensiever bediend zullen worden - te ontsluiten.

Die alternatieven kunnen veel vormen aannemen - van fietsen tot taxi's - maar de essentie is: er moet overgestapt worden. 'Ik geloof echt dat dit model zal werken', zegt Peeters. 'Ik zie nu al veel jonge gezinnen die hun auto wegdoen en volop gebruikmaken van alle verschillende mogelijkheden.'

Voorlopig blijven die toch wel in de minderheid. Afhankelijk van de bron wordt voor amper 2 tot 7 procent van alle verplaatsingen meer dan één vervoersmiddel gebruikt. Voor verplaatsingen tussen steden is dat 15 procent - meestal gaat het dan om een wandeling of fietstocht naar het ­station.

Om de doelstelling van 40 procent 'duurzame verplaatsingen' in 2025 te halen, zal het beleid toch vooral de autopendelaars moeten overtuigen. En laat die nu net niet graag combineren. Auto's worden bijna nooit gebruikt in combinatie met alternatieven. Het is een 'volledig unimodaal vervoersmiddel', aldus de FOD Mobiliteit op basis van een grootschalige enquête. Wie in een auto stapt, rijdt bijna altijd in één ruk naar de eindbestemming, ook als die in hartje Brussel of Antwerpen ligt.

Internationale onderzoeken tonen dat de weerstand tegen overstappen dan ook groot is. Pendelaars schatten de tijd waarin ze op een bus of een trein staan te wachten langer in dan hij werkelijk is, en al zeker dan tijd in de auto. 'Een reis mét overstappen wordt twee tot drie keer langer ingeschat dan één zonder overstappen', zegt professor Dirk Lauwers (UGent en UAntwerpen). 'Vanaf meer dan twee overstappen in één reis, haakt een grote meerderheid van alle pendelaars af.'

Idioot

Om die logica te doorprikken en de natuurlijke weerstand te overwinnen, 'moet de kwaliteit van het netwerk heel hoog zijn'. Dat betekent: een zeer hoge frequentie aan bussen en treinen, zodat de wachttijden minimaal zijn. Maar eens zoveel als de tijd, zal het comfort van de reis bepalend blijken, zegt Kris Peeters, lector Verkeerskunde aan hogeschool PXL. Aanbod aan pakjesautomaten, koffie en zeker comfortabele banken moeten het comfort van de auto compenseren. En 'alle complexiteit moet eruit'. 'Een idioot moet intuïtief zijn weg kunnen vinden, ook waar hij of zij nog nooit is geweest.'

Minister Lydia Peeters zegt dat ze beseft 'dat de afschaffing van bushaltes alleen aanvaardbaar is'. Alles staat of valt, vult ze aan, met de smartphone-app die in 2021 gelanceerd zou worden. 'Moet je van Dilsen-Stokkem naar Brussel? De app zal je de snelste route tonen en je in één beweging de nodige tickets verkopen.' De aantrekkingskracht van de blauw-witte zuilen zou er wel bij moeten varen.

Jef Poppelmonde






Meer nieuws

Graag op de hoogte blijven?

Schrijf u nu in op onze nieuwsbrief