Nieuws

15 maart 2019

Wordt alles beter met slimme meter - of net niet?

Het Laatste Nieuws - Philippe Ghysens | De digitale energiemeter is eindelijk op weg naar onze woningen, maar veel Vlamingen blijven nog met vragen zitten. Wanneer ben ik aan de beurt? Gaat het me iets kosten? En blijf ik als eigenaar van zonnepanelen het best zo lang mogelijk profiteren van het oude systeem met de teruglopende teller? U vraagt, wij antwoorden.

Wanneer ben ik aan de beurt?

De eerste digitale meters worden op 1 juli geïnstalleerd. De uitrol zal geleidelijk gebeuren. Komen eerst aan de beurt: Vlamingen die bouwen of ingrijpend verbouwen, eigenaars van zonnepanelen, klanten met een budgetmeter en consumenten met een defecte elektriciteitsmeter. "Distributienetbeheerder Fluvius probeert de plaatsingen zo snel mogelijk te laten gebeuren, maar als je niet in één van de prioritaire categorieën valt, is de kans groot dat je pas over enkele jaren aan de beurt bent", klinkt het op het kabinet van energieminister Lydia Peeters (Open Vld). Tegen 2034 moeten alle woningen en bedrijven in Vlaanderen er eentje hebben.

Moet ik ervoor betalen?

De kosten worden gedragen door de netbeheerder. Als je je beurt afwacht, kost het je niets. Maar als je graag zo snel mogelijk een slimme meter hebt, om welke reden dan ook, moet je hem wél zelf betalen. Hoeveel? De kostprijs moet nog bepaald worden door Fluvius.

Kan ik de installatie weigeren?

Neen, dat is niet mogelijk.

Ik heb geen zonnepanelen. Verandert er iets voor mij?

Weinig. Nadat jouw woning aan de beurt geweest is, hoef je geen meterstanden meer door te geven. Dat doet de slimme meter voor jou. Er moet ook nooit meer een meteropnemer langskomen. Verder verandert er niets.

Ik heb wel zonnepanelen. Welke keuzes heb ik nu?

Je hebt twee mogelijkheden:

1. Je wijzigt niets. Je teller blijft virtueel terugdraaien als je meer produceert dan je verbruikt en je blijft het prosumententarief betalen. Interessant voor: mensen die overdag weinig stroom verbruiken. Dit 'oude' systeem blijft nog 15 jaar bestaan.

2. Je kiest voor het nieuwe systeem. Daarbij betaal je voor het effectieve gebruik van het net. Je laat je meter enkel nog terugdraaien voor de stroom, niet meer voor het distributienettarief. Het prosumententarief valt weg. Interessant voor: mensen die veel thuis zijn, zonne-energie meteen opgebruiken en dus weinig van het net afnemen.

De vuistregel is: hoe minder stroom je van het net moet afnemen, hoe interessanter het wordt om in het nieuwe systeem te stappen.

Hoe weet ik welk systeem het interessantst is?

Op de site van energieregulator VREG (www.vreg.be) kan je een simulatie maken. Daarbij krijg je meteen te zien hoeveel euro voor- of nadeel je doet. Voor 4 op de 10 eigenaars van zonnepanelen is het nieuwe systeem duurder, voor 4 op de 10 goedkoper en voor 2 op de 10 even duur.

Stel dat je vandaag (in het 'oude' systeem) 400 euro per jaar betaalt en 20% van je geproduceerde zonne-energie direct gebruikt. Dan stijgt je factuur in het nieuwe systeem naar 496 euro. Als je daarentegen 45% van je zonne-energie meteen opsoupeert, zakt de rekening naar 354 euro.

Wanneer gaat de overgangsperiode van 15 jaar in?

De termijn begint te lopen vanaf het moment dat je je zonne-installatie in gebruik neemt. Wie al 10 jaar panelen op z'n dak heeft liggen, kan dus nog 5 jaar in het systeem van de terugdraaiende teller blijven. Als je pakweg in 2011 tien panelen gelegd hebt en in 2017 nog eens twintig extra, geldt de ingebruikname van de eerste installatie als startdatum.

De termijn van 15 jaar geldt ook nog voor zonne-installaties die dit of volgend jaar in gebruik genomen worden.

Krijg ik nog altijd groenestroomcertificaten?

Ja, de invoering van de digitale meter heeft geen enkele impact op het steunmechanisme. Je zal de vergoeding per geproduceerde kilowattuur verder ontvangen.

Meer nieuws

Graag op de hoogte blijven?

Schrijf u nu in op onze nieuwsbrief